Wat een landje doet met de vraag of scenografie iets te bieden heeft aan het ontwerp van en in de publieke ruimte.
Als stadsbewoners zijn we de spelers, deelnemers, de bezoekers én toeschouwers van de stad. Verschillende rollen waarin we de impact van kleine en grote veranderingen direct ervaren en betekenis geven aan de eigen leefwereld door wat we er zien en dagelijks meemaken. Die gebeurtenissen, de herkenning en onderlinge contacten dragen bij aan een sociaal-cultureel weefsel, een onzichtbaar beweeglijk netwerk, zo stel ik me voor, waar je deel van uitmaakt en dat verbindend werkt.
De eerste observaties in mijn onderzoek deed ik op een braakliggend landje in de havens op de grens van Schiedam en Rotterdam. Ogenschijnlijk in onbruik geraakt, maar niets bleek minder waar, het landje werd gebruikt door de bewoners uit de naastgelegen wijk, door bezoekers, een enkele buitenslaper, vogels, andere dieren en planten, de wind en het water.
Het terrein ligt al jaren braak en tijdens de corona-pandemie hebben Ester van de Wiel en Joost Adriaanse het ruim een jaar kunnen gebruiken voor hun design-research- project Re/Place. (Re/Place http://85.150.45.80:8080/publiek-werken-01.html ) Ze organiseerden daar verschillende activiteiten waaraan ik een aantal keren heb deelgenomen. In september 2021 werd het gedurende een aantal weken weer goeddeels ontruimd. Dat was het moment dat mijn master-onderzoek begon. Ik dwaalde er rond, zat in de herfstzon op een betonblok te tekenen, luisterde naar de geluiden uit de haven, zag de verschillende looproutes van bezoekers, sporters, wandelaars, parkeerders vanuit en naar de tram en de aangrenzende woonwijk. Ik sprak zo nu en dan met honden-uitlaters en zag de omtrekkende bewegingen van een dak- en thuisloze man, volgde de vlucht van vogels van en naar de struikrand. Het werd me gaandeweg duidelijk dat het landje deel uitmaakte van de leefwereld van mensen en dieren. Ik vroeg me af wat de rol van het tijdelijke project Re/Place was geweest en wat de rol van de plek nu was, zonder opvallende design-objecten, met de door Re/Place achtergebleven bomen en planten.
Hierdoor werd ik me meer bewust van de rol die de (publieke) ruimte speelt juist in het ecologische weefsel in de directe leefomgeving. Het is ruimte die we delen, zelfs wanneer we elkaar ontwijken. Hier geven we uitdrukking aan eigen sociale en culturele waarden en nemen we deel aan het netwerk dat dagelijkse leven heet, met allerlei activiteiten, ook die niet ‘voorgeschreven’ worden door de regels en inrichting van die ruimte
Op dit braakliggende landje rezen de eerste vragen en werd ‘vragen stellen’ (#questioning #de juiste vragen stellen) een bewust gereedschap in het onderzoek. Ik zie vragen stellen als een gereedschap dat juist ook in het theater en in de kunsten vaak gebruikt wordt en vroeg me af: Wat kan ik doen om precies de waarde van de dagelijkse dingen die betekenis geven aan onze directe leefwereld, zichtbaar te maken en over het voetlicht te krijgen in de systeemwereld van bijvoorbeeld onze stadsbesturen? ‘Design’ brengt samenhang, leesbaarheid in de stedelijke leefruimte, hoe kan het tegelijkertijd ruimte geven aan informele activiteiten en inclusief zijn? Wat zorgt ervoor dat je het gevoel hebt dat je onderdeel bent, thuishoort en welkom bent in je eigen leefomgeving? Dat je eigenaarschap voelt? Mijn overkoepelende vraag werd daardoor: wat kan ik als scenograaf bijdragen en hoe kan dat dan vorm krijgen juist op het schaalniveau van het dagelijkse leven, nadrukkelijk ook het niet-spectaculaire. Hoe kan ik bijdragen aan manieren waarop bewoners (menselijk en niet-menselijk) die publieke ruimte in de stad mee-maken, eigenaarschap voelen, deze ruimte ‘co-designen’? Hoe kan ik mijn kwaliteiten, ervaring, expertise en energie in zetten voor een duurzame, inspirerende en gezonde leefomgeving?
Het is een zonnige ochtend, de herfst is in de blauwe lucht met lichte kou en vochtig gras. De geluiden uit de haven brommen op de achtergrond. Ik sta met mijn tekenkist onderaan de trap naast mijn fiets en laat mijn blik glijden over het landje. Waar zal ik eens gaan zitten vandaag?
In de verte een vrouw met hond en rechts op enige afstand een onrustige man op een van de bootcamp toestellen. Hij pakt zijn tas uit, stalt de inhoud op het tafelblad uit en kiest een trui die hij over zijn andere kleren aantrekt. Onderwijl klinkt hij boos en roept voor mij onverstaanbare teksten. Hij pakt zijn tas weer in en ik begin te lopen over de olifantenpaadjes die zich gevormd hebben langs de bomen en tussen de stokken. Na de kas blijf ik staan en kijk ik of ik dichter bij de man plaats zal gaan nemen aan de picknicktafel, zoals ik van plan was. Ik aarzel. Ik zie dat hij ook mij in de gaten houdt en volgt waar ik ben terwijl hij zich ondertussen nagenoeg heeft uitgekleed en etenswaren heeft uitgestald.
Ik loop daarom toch maar verder langs het spoor naast de dijk. Met een trage omtrekkende beweging besluit ik plaats te nemen op mijn zitlap op de stapel tegels. De betonnen wanden zorgen dat ik min of meer uit het zicht van de man ben. Ik heb uitzicht op de hopen met snippers en stal wat tekenspullen uit. De paddestoel staat vandaag op de voorgrond.
De vrouw met de hond komt teruggelopen en volgt het paadje vlak langs mij, terwijl ze blijft bellen. De hond kiest duidelijk de route en zij volgt. Voor mij zie ik ineens steeds meer paddestoelen, de snippers zijn kennelijk een fijne omgeving, want ze hebben zich hier flink verspreid. Ik bel ondertussen met Liesbeth en beschrijf mij positie en hoe ik me geïnstalleerd heb.
Een half uur later zie ik in mijn ooghoek dat de man weg is bij zijn tafel en mij in de gaten houdt terwijl hij met voorzichtige bewegingen op ruime afstand achterlangs de betonnen wanden loopt. Door de ruimtes tussen de drie wanden zie ik hem steeds even wel en dan weer niet. Kiekeboe. Zo draaien we deze ochtend als in een dans over het landje. Hij op zijn helft, ik op het mijne. Uiteindelijk, zo stel ik me voor, heeft hij besloten dat ik geen gevaar op zal leveren en installeert hij zich weer aan zijn tafel, waar de spullen intussen weer ingepakt zijn. De zon zorgt vandaag voor aangename temperaturen.